Er zijn van die leuke Turkse kustplaatsjes die nét dat beetje extra hebben. Niet: een kilometerslange boulevard, terrassen zo ver je kijken kunt en bazaars vol nep-merkkleding. Wel: een schilderachtig haventje, oude Turkse huisjes, kleine eetgelegenheden en eeuwenoude resten uit vroegere beschavingen in of vlakbij het dorp. Dat soort Turkse kustplaatsjes zijn er nog zat. Ik beken je wel eerlijk: ik bezoek Turkije alleen in voor- en najaar. wat mij betreft de beste maanden voor een bezoek. Ik vind de zomers te heet en te druk. De plekken die ik beschrijf, zijn niet zo bekend bij Europeanen, maar wel bij Turken. Reken erop dat die er in zomervakanties en tijdens Islamitische feestdagen met velen zijn. Maar daarbuiten is het er heerlijk rustig en vang je vele glimpen op van het échte Turkije. Deze 6 Turkse kustplaatsjes zijn zeker een bezoek waard:
1. Olympos en Çıralı
Ik noem deze twee in één adem omdat ze vlak naast elkaar liggen. Een groot deel van het jaar loop je over het strand van Olympos naar Çıralı en weer terug, maar in de winter als het water van de rivier te hoog staat, dan lukt dat niet. Nee echt niet, eigenwijze Nederlander. Zelfs om in december met de auto in Olympos te komen, moesten we de rivier oversteken. Gewoon maar een aanloopje nemen, schietgebedje en… gas. Olympos en Çıralı zijn heel verschillend. Olympos ligt in een soort kloof waar een rivier doorheen loopt met aan het strand de ruïnes van Olympos, een oude Lycische havenstad. Het zal je niet verbazen dat daarom ook de Lycian Way wandelroute hier loopt. Verder landinwaarts ligt het ‘nieuwe’ Olympos, een verzameling hippie-achtige verblijfsaccommodaties waar je in boomhutten verblijft. Wat eigenlijk meer trekkershutten zijn die onder een boom staan.

Bestemmingen voor rustzoekers
Zowel Olympos als Çıralı zijn plekken waar je alleen komt als je er echt wilt zijn. Daarmee bedoel ik dat je vanaf de grote weg de afslag moet nemen en dan de weg richting de kust volgen. Kom je met het openbaar vervoer, dan stap je van de grote bus bij de afslag over op een minibus of je regelt een taxi. De wat afgelegen ligging zorgt ervoor dat het geen populaire pakketreisbestemming is, maar een plek voor mensen die van wat meer rust houden. Je vindt er daarom ook geen hoogbouw, winkelcentrum en ander grootschalig toeristisch vertier. Wel een kilometerslang strand met uitzicht op de berg Olympos of de Tahtalı Dağı zoals ‘ie in het Turks heet. Vanuit Olympos is het strand best een eindje lopen. Daar betaal je ook voor het strand, omdat het pad ernaartoe dwars door de antieke stad loopt. In Çıralı loop je zo het strand op.

Bijzonder: de eeuwige vlammen
In een uurtje loop je vanuit Çıralı naar de vlammen van Chimaera of Yanartaş, de brandende steen. Ben je minder sportief aangelegd, regel dan een excursie via je pension of vervoer naar de parkeerplaats. Dan skip je een groot deel van de wandeling, maar moet je ‘alleen’ nog 20 minuten traplopen om bij de vlammen te komen. Uit rotsspleten op de berg komen al sinds de oudheid vlammen, die ontstaan uit een speciaal soort gas. Een heel bijzonder schouwspel, wat het beste te zien is al het schemert. De naam Chimaera komt van een vuurspuwend monster dat volgens een legende op die plek woonde, een soort Turks monster van Loch Ness zeg maar. Neem gerust marshmellows en satéprikkers mee voor een alternatieve barbecue. Of geniet gewoon zittend op een steen van dit bijzondere natuurverschijnsel.

2. Kaş
Nog zo’n plek waar ik elk jaar wel even naartoe zou willen. Kaş betekent wenkbrauw of gebogen, naar de kromme baai waar het voormalige vissersplaatsje aan ligt. Ik ben vooral dol op het sfeervolle centrum. Smalle omhooglopende straatjes met kinderkopjes, een Lycische graftombe zomaar middenin het dorpscentrum, oude witgepleisterde huizen met gekleurde deuren. Het stadje is gebouwd op de ruïnes van Antiphellos. Daarom kom je als je wat gaat rondstruinen ook onder meer nog het amfitheater en een tempel tegen. Ik ben zelf niet zo van het onderwatertoerisme, maar het schijnt dat je in Kaş fantastisch kunt duiken. Binnen no-time ben je vanuit Kaş weer in Europa want je ziet het Griekse Meis/Kastellórizo al voor de kust liggen. Dat staat nog op mijn verlanglijstje, dus een goede reden om weer naar Kaş terug te gaan.

3. Kekova/Üçağız
Een leuke excursie vanuit Kaş, want het ligt er vlakbij. Maar ook een heel bijzondere plek om langer te blijven. Maak zeker een boottochtje, waarbij je langs de verzonken stad van het eiland Kekova vaart en vanaf het water een heel mooi uitzicht hebt op Kale en de antieke stad Simena. De hele omgeving is archeologisch beschermd gebied met weliswaar veel pensions, maar alles is er gelukkig nog in authentieke stijl. Klim langs de kronkelige paadjes van Kale omhoog voor een geweldig uitzicht over de turkooisblauwe zee. Op de top van de heuvel vind je een vervallen ridderkasteel en de akropolis met een groot aantal Lycische graftombes. Volg de merktekens van de Lycian Way voor een bezoek aan de antieke stad Aperlae, of regel een bootje om daar te komen. Volg je het pad de andere kant uit, dan loop je met prachtig uitzicht op de bergen, de zee en de eilandjes voor de kust. Je hoge hakken kun je hier wel thuislaten!


4. Datça
Ook Datça hoort thuis bij de leuke en sfeervolle Turkse kustplaatsjes. Het ligt op het gelijknamige schiereiland. Een behoorlijk eind weg van een luchthaven, maar wel populair bij booteigenaren. Ook de blue cruise zeilvakanties leggen aan in het schilderachtige Datça. Vanaf het water krijg je direct zin om aan land te gaan en een drankje te nemen op een van de terrasjes die zo ongeveer op het strand liggen. Natuurlijk is dit ook een goede plek waar je geniet van een heerlijk bord verse vis. Datça staat niet voor niets bekend om de 3 b’s. Balık, badem en bal: vis, amandelen en honing. In de oud-Griekse havenstad Knidos op het meest westelijke puntje van het schiereiland Datça krijg je tussen de ruïnes een goed beeld hoe deze oude stad er vroeger uitzag. Ook heb je er aan alle kanten een prachtig uitzicht over het helderblauwe water. Aan de ene kant de Egeïsche en aan de andere kant de Middellandse Zee. Tip: ga in het voorjaar waarin de hellingen nog frisgroen zijn en begroeid met vele kleuren bloemen.


Eski Datça
Eski of oud Datça ligt op zo’n 4 kilometer van het nieuwe havenstadje. De huizen zijn hier voornamelijk gebouwd door de Griekse inwoners die er tot 1923 leefden. In Eski Datça lijkt het alsof de tijd heeft stilgestaan. Kronkelige straatjes, oude huizen waar weelderige paarse bougainville struiken tegen de muren groeien en een aantal kleine winkeltjes waar je handgemaakte souvenirs kunt kopen. Om iedere hoek wacht een nieuwe verrassing. Struin hier op het gemakje rond en het lijkt alsof je eeuwen terug in de tijd gaat.

5. Ayvalık en Cunda eiland
Ayvalık en het ernaast gelegen Cunda zijn nog niet ontdekt door de massa en ook hier woonden tot de volkerenruil veel Grieken. In beide plekken vind je een sfeervolle oude Ottomaanse wijk met steile straatjes, geplaveid met kinderkopjes. Strijk tegen zonsondergang neer op een terras om te genieten van de zonsondergang met een bord verse seafood mezze. Cunda was vroeger een eiland, maar nu ben er je met de bus binnen een kwartier. Cunda is het relaxtere tweelingbroertje van Ayvalık. Kijk aan de haven wat de plaatselijke vissers gevangen hebben en hoe ze hun netten herstellen. In de oude kerk is een leuk museum waar je je ogen uitkijkt. Je vindt er van alles, van oude brommers tot maritieme instrumenten. Het terras van Taş Kahve aan de haven is een gezellige plek voor een drankje met uitzicht op de vissersbootjes waar de locals het leven van alledag komen doornemen.


Nog meer leuke Turkse kustplaatsjes?
Huur een auto en trek erop uit. Dan kom je vanzelf de leukste plekken tegen. Minder bekende Turkse streken zijn Thracië ten westen van Istanbul en de Zwarte Zeekust in het noorden. Ook langs de westkust vanaf Istanbul en de Middellandse Zeekust valt zoveel moois te ontdekken. Rustige baaien, antieke steden, kustwegen waar je geniet van het uitzicht op het turkooisblauwe water. Zeker buitenom drukke vakantieperioden zijn er genoeg slaapplekken te vinden, zowel in de toeristische resorts als in de kleine kustplaatsjes. Ik parkeer altijd de auto, loop een rondje en kijk of ik een geschikt hotel of pension tegenkom. Soms even googlen, maar ik heb altijd nog een bed gevonden. Zo is het mogelijk om lekker spontaan te reizen, zonder dat je al je overnachtingen vooraf plant.
